Kerkdienst 3 juli 2022
Liturgie zondag 3 juli 2022 9:30 uur.
Voorganger: Ds Sj Maliepaard
Deze dienst kan bezocht worden en wordt ook live uitgezonden via Youtube en de kerkradio.
Ga naar NGKV op youtube Ga naar de kerkradio
Aanvangslied: Ps. 65:1,2
1. De stilte zingt U toe, o Heere,
in uw verheven oord.
Wij zullen ons naar Sion keren
waar Gij ons bidden hoort.
Daar zal men, Heer, tot U zich wenden,
tot U komt al wat leeft,
tot U, o redder uit ellende,
die alle schuld vergeeft.
2. Zalig wie door U uitverkoren
mag wonen in uw hof,
hoezeer hij door zijn schuld verloren
terneerlag in het stof.
Wij worden door U begenadigd
die heilig zijt en goed.
Gij die ons in uw huis verzadigt
met alle overvloed.
Stil gebed, Votum en groet
Gez. 434:1, 5.
1. Lof zij de Heer, de almachtige Koning der ere.
Laat ons naar hartelust zingen en blij musiceren.
Komt allen saam,
psalmzingt de heilige naam,
looft al wat ademt de Here.
5. Lof zij de Heer met de heerlijkste naam van zijn namen,
christenen looft Hem met Abrahams kinderen samen.
Hart wees gerust,
Hij is uw licht en uw lust.
Alles wat ademt zegt: Amen.
Leefregel
Gez. 449:1,4,5
1. God enkel licht,
wiens aangezicht
zo blinkend is van luister,
ziet ons onrein,
ziet hoe wij zijn
vervallen aan het duister.
4. Ja, amen, ja,
op Golgotha
stierf Hij voor onze zonde.
Zijn schuld’loos bloed
maakt alles goed
en reinigt ons van zonde.
5. God onze Heer,
wil tot uw eer
ons klein geloof versterken.
Dan zullen wij
Hem, waarlijk vrij,
volgen in goede werken.
Gebed ter verootmoediging, bij de opening van Gods Woord
Kindermoment
Lezen 1 Kon. 19:1-18 en Romeinen 11:1-6
Elia op de Horeb
1 Achab vertelde Izebel alles wat Elia had gedaan, ook dat hij alle profeten ter dood had gebracht.
2 Toen liet Izebel Elia de volgende boodschap overbrengen: ‘De goden mogen met mij doen wat ze willen als u morgen om deze tijd niet hetzelfde lot ondergaat als zij.’
3 Elia werd bang en vluchtte om zijn leven te redden. Bij Berseba in Juda aangekomen liet hij zijn knecht achter
4 en zelf trok hij één dagreis ver de woestijn in. Daar ging hij onder een bremstruik zitten, verlangend naar de dood, en zei: ‘Het is genoeg geweest, HEER. Neem mijn leven, want ik ben niet beter dan mijn voorouders.’
5 Hij viel onder de bremstruik in slaap, maar er kwam een engel, die hem aanraakte en zei: ‘Sta op en eet wat.’
6 Elia keek op en ontdekte naast zijn hoofd een brood, in gloeiende kooltjes gebakken, en een kruik water. Nadat hij had gegeten en gedronken ging hij weer onder de struik liggen.
7 Maar de engel van de HEER kwam terug, raakte hem opnieuw aan en zei: ‘Sta op en eet wat, anders is de reis te zwaar voor je.’
8 Elia stond op, en toen hij had gegeten en gedronken liep hij, gesterkt door dit voedsel, veertig dagen en veertig nachten door de woestijn, tot hij bij de Horeb kwam, de berg van God.
9 Daar ging hij een grot binnen om er de nacht door te brengen. Toen richtte de HEER zich tot hem met de woorden: ‘Elia, wat doe je hier?’
10 Elia antwoordde: ‘Ik heb me met volle overgave ingezet voor de HEER, de God van de hemelse machten, maar de Israëlieten hebben uw verbond met hen naast zich neergelegd, uw altaren verwoest en uw profeten gedood. Ik ben als enige overgebleven, en nu hebben ze het ook op mijn leven voorzien.’
11 ‘Kom naar buiten,’ zei de HEER, ‘en treed hier op de berg voor Mij aan.’ En daar kwam de HEER voorbij. Er ging een grote, krachtige windvlaag voor de HEER uit, die de bergen spleet en de rotsen aan stukken sloeg, maar in die windvlaag bevond de HEER zich niet. Na de windvlaag kwam er een aardbeving, maar in die aardbeving bevond de HEER zich niet.
12 Na de aardbeving was er vuur, maar in dat vuur bevond de HEER zich niet. Na het vuur klonk het gefluister van een zachte bries.
13 Toen Elia dat hoorde, sloeg hij zijn mantel voor zijn gezicht. Hij kwam naar buiten en ging in de opening van de grot staan. Toen klonk een stem, die tegen hem zei: ‘Elia, wat doe je hier?’
14 Elia antwoordde: ‘Ik heb me met volle overgave ingezet voor de HEER, de God van de hemelse machten, maar de Israëlieten hebben uw verbond met hen naast zich neergelegd, uw altaren verwoest en uw profeten gedood. Ik ben als enige overgebleven, en nu hebben ze het ook op mijn leven voorzien.’
15 De HEER zei tegen Elia: ‘Keer terug en ga naar de woestijn van Damascus. Daar aangekomen moet je Hazaël tot koning van Aram zalven.
16 Jehu, de zoon van Nimsi, moet je zalven tot koning van Israël, en Elisa, de zoon van Safat, uit Abel-Mechola, moet je tot je eigen opvolger zalven.
17 Wie ontkomt aan het zwaard van Hazaël, zal gedood worden door Jehu. En wie ontkomt aan het zwaard van Jehu, zal gedood worden door Elisa. `
18 Maar Ik zal in Israël zevenduizend mensen overlaten die niet voor Baäl hebben geknield en hem niet hebben gekust.’
Romeinen 11:1-6
Israëls redding, bescheidenheid voor de andere volken
1 Dan is nu mijn vraag: heeft God zijn volk soms verstoten? Beslist niet. Ik ben immers zelf een Israëliet, een nakomeling van Abraham, afkomstig uit de stam Benjamin.
2 God heeft zijn volk, dat Hij al van tevoren uitgekozen heeft, niet verstoten. Of weet u niet wat de Schrift over Elia zegt, hoe hij Israël bij God aanklaagt?
3 ‘Heer, uw profeten hebben ze gedood, uw altaren verwoest. Ik ben als enige overgebleven, en nu hebben ze het ook op mijn leven voorzien.’
4 Maar hoe luidt het antwoord van God aan hem? ‘Ik heb voor mezelf zevenduizend mensen overgelaten die niet voor Baäl hebben geknield.’
5 Zo is ook in deze tijd een rest overgebleven die door Gods genade is uitgekozen.
6 Als ze uit genade uitgekozen zijn, dan dus niet op grond van hun daden, want in dat geval zou de genade geen genade meer zijn.
Ps. 62:4
4. Wees stil, mijn ziel, tot God uw Heer,
Hij immers schenkt u altijd weer
zijn heil, – op Hem toch kunt gij bouwen.
Wankel dan niet, want Hij staat vast,
Hij is, ook als het onheil wast,
uw rots, uw enige vertrouwen.
Preek 1 Kon. 19:9c, 13c. Elia, wat doet je hier?
Gez. 435: 2,4,5
2. Heer, ons lot is in uw handen,
en het is uw hartewens,
naar uw beeld ons te verand’ren,
Jezus Christus, nieuwe mens.
O Gij zijt ons zeer genegen,
ook al doet uw liefde pijn
en al smaalt men allerwegen,
dat wij uw gevang’nen zijn.
4. Kom toch om de macht te breken
van de vorst der duisternis;
geef in ons bestaan een teken,
dat de zege zeker is;
hef ons op uit onze zonden,
werp de duiv’len bij ons uit,
want de vrijheid moet gevonden,
Heer, vervul Gods raadsbesluit!
5. Duur hebt Gij uw volk verworven
en alleen van U zijn wij.
Heer, zowaar Gij zijt gestorven,
maak ons nu ook waarlijk vrij.
O, uw heil zal spoedig komen,
Gij laat ons niet ledig staan:
schoner dan de schoonste dromen
breekt de dag der vrijheid aan.
Dank- en voorbeden
Collecten
Gez. 474
1. God roept ons, broeders, tot de daad;
zijn werk wacht, treedt dan aan
en weest gereed om elke weg,
die Hij u wijst, te gaan.
Wij weten dat, wat komen mag,
toch hij slechts wint die waagt,
en wie zich zelve geven wil
door ‘t donker vlammen draagt.
2. God roept, en in Hem is de kracht,
die onze zwakheid staalt.
Dit is de vreugd, dat Hij het doel
en onze vaart bepaalt.
Dat Hij ons over grenzen heen
laat zien het groot gezicht
van aller mensen broederschap
in ‘t ene, godlijk licht.
3. God roept, en wat de mensen scheidt
dat zij geen scheiding meer;
zijn liefde houde ons allen saam
en samen met de Heer.
Want wat er in de wereld woed’,
toch is het God die wint
en in een elk die Hem behoort
het nieuwe rijk begint.
Zegen.
Ps. 121:4
De Heer zal u steeds gadeslaan,
Hij maakt het kwade goed, / Hij is het die u hoedt.
Hij zal uw komen en uw gaan,
wat u mag wedervaren, / in eeuwigheid bewaren.
Geven:
maak uw gift over op de rekening van de diaconie van een van beide kerken.
de Rank: NL 81 RABO 0157 6741 34
Goede Herderkerk: NL 70 RABO 0159 1200 20
God ontmoeten?
De Goede Herderkerk is geopend voor jou
voor Stilte, een Gebed of een Ontmoeting.
Iedere donderdag van 9-12 uur
Iedere vrijdag van 14-16 uur.
Burg. v. Engelenweg 175 IJsselmuiden.