Kerkdienst 17 oktober
Liturgie zondag 17 oktober 2021 9:30 uur.
Voorganger: Ds Johannes van Beveren
Deze dienst wordt live uitgezonden via Youtube en de kerkradio.
Ga naar NGKV op youtube Ga naar de kerkradio
Afkondigingen,
Stil gebed, votum en groet,
Zingen opw 599 Nog voordat je bestond
Nog voordat je bestond,
kende Hij je naam.
Hij zag je elk moment
en telde elke traan.
Omdat Hij van je hield,
gaf Hij zijn eigen Zoon.
Hij wacht alleen nog maar
totdat je komt.
En wat je ook doet,
zijn liefde blijft bestaan.
Ook niets wat jij ooit deed,
verandert daar iets aan.
Omdat Hij van je houdt,
gaf Hij zijn eigen Zoon.
En nu is alles klaar
wanneer jij komt.
Refrein:
Kom tot de Vader,
kom zoals je bent.
Heel je hart, al je pijn
is bij Hem bekend.
De liefde die Hij geeft,
de woorden die Hij spreekt.
Daarmee is alles klaar,
wanneer jij komt.
En wat je nu ook doet…
(Refrein 2x)
De liefde die Hij geeft,
de woorden die Hij spreekt.
Hij wacht alleen nog maar
totdat je komt.
Bidden
Kindmoment
Kinderopw 185: de here zegent jou
de Here zegent jou
en Hij beschermt jou
Hij schijnt Zijn licht over jouw leven
Hij zal genadig zijn
en heel dicht bij je zijn
Hij zal Zijn vrede aan je geven
de Here zegent u
en Hij beschermt u
Hij schijnt Zijn licht over uw leven
Hij zal genadig zijn
en heel dicht bij u zijn
Hij zal Zijn vrede aan u geven (2x)
Doopformulier
Zingen Sela – Doop
In het water van de doop,
zien wij hoe God zelf belooft,
dat zijn Naam voorgoed aan ons verbonden is.
Water dat getuigt en spreekt,
van de hoop die in ons leeft,
dat Gods liefde voor ons niet veranderd is.
Eén met Christus in zijn dood,
gaan wij onder in de doop,
overtuigd dat er bij Hem vergeving is.
Eén met Christus, ingelijfd,
staan wij op van schuld bevrijd,
in een leven dat voorgoed veranderd is.
Met de Heer begraven en weer opgestaan,
om voor Hem te leven, Jezus’ weg te gaan.
Uit het water van de doop,
putten wij geloof en hoop,
dat Gods trouw en liefde blijvend is.
Dat Gods trouw en liefde blijvend is.
In zijn lichaam ingelijfd:
Christus’ kerk die wereldwijd,
is geroepen om een beeld van Hem te zijn.
Mensen overal vandaan,
die de weg van Christus gaan,
om vernieuwd voor Hem te leven, vrij te zijn.
Reinig ons, vernieuw ons leven Heer.
Heilig ons, en vernieuw ons leven Heer.
Prijs de Vader, prijs de Zoon en heil’ge Geest!
Prijs de Heer met al wat leeft en adem heeft!
Wat een liefde, wat een hoop!
U verzegelt door de doop
dat ons leven bij U veilig is.
Dat ons leven bij U veilig is.
Doop gebed en bediening
Zingen psalm 105: 1, 5 (ber GK)
1. Looft, looft verheugd de HEER der heren,
aanbidt zijn naam en wilt Hem eren.
Laat alle volken nu verstaan
de wondren, die Hij heeft gedaan.
En spreekt met eerbied en ontzag
van al zijn werken dag aan dag.
5. God zal zijn waarheid nimmer krenken,
maar eeuwig zijn verbond gedenken.
Wat Hij beloofd heeft, blijft van kracht
tot in het duizendste geslacht.
‘t Verbond met Abraham, zijn vrind,
bevestigt Hij van kind tot kind.
Danken
Lezen Daniël 3:1-30
Het gouden beeld
1 Op een dag gaf koning Nebukadnessar opdracht een gouden beeld te maken, zestig el hoog en zes el breed, en hij liet het opstellen in de provincie Babel, in de vlakte van Dura.
2 Vervolgens ontbood hij de satrapen, stadhouders, gouverneurs, staatsraden, schatbewaarders, rechters, magistraten en alle bestuurders van de provincies; ze moesten de inwijding bijwonen van het beeld dat koning Nebukadnessar had opgericht.
3 De satrapen, stadhouders, gouverneurs, staatsraden, schatbewaarders, rechters, magistraten en alle bestuurders van de provincies kwamen bijeen om het beeld dat koning Nebukadnessar had opgericht in te wijden. Ze stelden zich op voor het door Nebukadnessar opgerichte beeld.
4 Een heraut riep met luide stem: ‘Volken en naties, welke taal u ook spreekt, luister naar dit bevel.
5 Zodra u de muziek hoort van hoorn, panfluit, lier, luit, citer, dubbelfluit en andere instrumenten, valt u op uw knieën neer en buigt u in aanbidding voor het gouden beeld dat koning Nebukadnessar heeft opgericht.
6 Wie niet neerknielt en buigt, zal onmiddellijk in een brandende oven worden gegooid.’
7 En dus knielden alle volken en naties, welke taal zij ook spraken, zodra ze de muziek van hoorn, panfluit, lier, luit, citer en andere instrumenten hoorden, en bogen zij in aanbidding voor het gouden beeld dat koning Nebukadnessar had opgericht.
8 Enkele Chaldeeën namen de gelegenheid te baat en traden naar voren om de Judeeërs te beschuldigen.
9 Ze zeiden tegen koning Nebukadnessar: ‘Majesteit, leef in eeuwigheid!
10 U hebt bevolen dat iedereen die de muziek van hoorn, panfluit, lier, luit, citer, dubbelfluit en andere instrumenten hoort, op zijn knieën moet neervallen en het gouden beeld moet aanbidden,
11 en dat ieder die weigert in een brandende oven moet worden gegooid.
12 Er zijn enkele Judese mannen aan wie u het bestuur over de provincie Babel hebt opgedragen, Sadrach, Mesach en Abednego. Deze mannen storen zich niet aan uw bevel, majesteit. Ze vereren uw goden niet en buigen niet voor het gouden beeld dat u hebt opgericht.’
13 Nebukadnessar barstte in woede uit en beval Sadrach, Mesach en Abednego bij hem te brengen. Toen de mannen voor de koning waren geleid,
14 voer Nebukadnessar uit: ‘Is het waar, Sadrach, Mesach en Abednego, dat jullie mijn goden niet vereren en niet willen neerknielen voor het gouden beeld dat ik heb opgericht?
15 Luister goed, als jullie je bereid tonen om, zodra je de muziek van hoorn, panfluit, lier, luit, citer, dubbelfluit en andere instrumenten hoort, op je knieën te vallen en in aanbidding te buigen voor het beeld dat ik gemaakt heb … Maar weigeren jullie te buigen, dan worden jullie onmiddellijk in een brandende oven gegooid. En welke god zal jullie dan uit mijn handen kunnen redden?’
16 Sadrach, Mesach en Abednego zeiden hierop tegen de koning: ‘Wij vinden het niet nodig, Nebukadnessar, uw vraag te beantwoorden,
17 want als de God die wij vereren ons uit een brandende oven en uit uw handen kan redden, zal hij ons redden.
18 Maar ook al redt hij ons niet, majesteit, weet dan dat wij uw goden niet zullen vereren, noch zullen buigen voor het gouden beeld dat u hebt opgericht.’
19 Nebukadnessar werd razend, en met een van woede vertrokken gezicht keek hij Sadrach, Mesach en Abednego aan. Hij gaf opdracht de oven zevenmaal heter op te stoken dan men gewoonlijk deed.
20 En hij beval enkele van de sterkste mannen uit zijn leger om Sadrach, Mesach en Abednego te knevelen en in de brandende oven te gooien.
21 De mannen werden gekneveld en met kleren en al, met jassen, broeken en mutsen, in de brandende oven gegooid.
22 Omdat het bevel van de koning strikt was opgevolgd en de oven uitzonderlijk heet was gestookt, werden de mannen die Sadrach, Mesach en Abednego naar boven brachten door de uitslaande vlammen gedood.
23 De drie, Sadrach, Mesach en Abednego, vielen gekneveld in de laaiende oven.
24 Toen sloeg de schrik koning Nebukadnessar om het hart. Hij stond haastig op en zei tegen zijn raadsheren: ‘Wij hebben toch drie geknevelde mannen in het vuur gegooid?’ Zij antwoordden: ‘Zeker, majesteit.’
25 Hij vervolgde: ‘Maar ik zie vier mannen vrij rondlopen in het vuur. Ze zijn ongedeerd en de vierde lijkt op een godenzoon!’ 26Nebukadnessar liep naar de deur van de brandende oven en riep: ‘Sadrach, Mesach en Abednego, dienaren van de hoogste God, kom naar buiten, kom hier!’ Toen kwamen Sadrach, Mesach en Abednego uit de vlammen naar buiten.
27 De satrapen, stadhouders, gouverneurs en raadsheren van de koning drongen naar voren. Ze bekeken de mannen en zagen dat het vuur geen vat had gekregen op hun lichaam. Geen haar op hun hoofd was verschroeid, hun jassen waren nog heel, er hing zelfs geen brandlucht om hen heen.
28 Nebukadnessar nam het woord. Hij zei: ‘Geprezen zij de God van Sadrach, Mesach en Abednego, die zijn engel heeft gezonden en zijn dienaren gered. Zij hebben zich op hem verlaten, zij hebben het bevel van de koning genegeerd en hun lichaam prijsgegeven, omdat zij voor geen andere dan hun eigen God willen neerknielen of buigen.
29 Daarom vaardig ik het bevel uit dat eenieder, van welk volk, welke natie of taal ook, die zich oneerbiedig uitlaat over de God van Sadrach, Mesach en Abednego, in stukken wordt gehakt en dat zijn huis in puin wordt gelegd, want er is geen god die kan redden als deze.’
30 Vervolgens gaf de koning Sadrach, Mesach en Abednego een hogere positie in de provincie Babel.
Zingen psalm 16: 1, 2, 5 (ber GK)
1. Bewaar mij, HEER, mijn toeverlaat zijt Gij!
Ik zeg tot U: Gij zijt mijn God, mijn Here.
Ja, buiten U is er geen goed voor mij,
er is geen ander die ik wil vereren.
Mijn blijdschap is uw heilig volk op aarde:
hen acht ik hoog, hen houd ik steeds in waarde.
2. Hoe worden zij door smart op smart verteerd
die om de gunst van andre goden vragen.
Hun offerdienst, bij hen zo hoog geëerd,
begeer ik niet, ik kan die niet verdragen.
Hoe zou ik ooit in vreemde goden roemen?
Mijn lippen zullen zelfs hun naam niet noemen.
5. Gij, die mijn ziel van dood en graf bevrijdt,
behoedt mij als uw gunstgenoot voor ‘t sterven:
ik zal, door U op ‘t levenspad geleid,
de vreugde van uw aangezicht beërven.
Voor immer zal uw rechterhand bevatten
een overvloed van kostelijke schatten.
Preek
Zingen Sela – Een toekomst vol van hoop
In de nacht van strijd en zorgen
kijken wij naar U omhoog,
biddend om een nieuwe morgen,
om een toekomst vol van hoop.
Ook al zijn er duizend vragen,
al begrijpen wij U niet,
U blijft ons met liefde dragen,
U die alles overziet.
U geeft een toekomst vol van hoop;
dat heeft U aan ons beloofd.
Niemand anders, U alleen,
leidt ons door dit leven heen.
U heeft ons geluk voor ogen.
Jezus heeft het ons gebracht.
Mens, als wij, voor ons gebroken
in de allerzwartste nacht.
U bent God, de Allerhoogste,
God van onbegrensde macht.
Wij geloven en wij hopen
op het einde van de nacht.
Bidden
Belijden
Geven, kinderen terug
Zingen LB 704: 1, 3 Dank, dank nu allen God
1 Dankt, dankt nu allen God
met hart en mond en handen,
die grote dingen doet
hier en in alle landen,
die ons van kindsbeen aan,
ja, van de moederschoot,
zijn vaderlijke hand
en trouwe liefde bood.
3 Lof, eer en prijs zij God
die troont in ‘t licht daarboven.
Hem, Vader, Zoon en Geest
moet heel de schepping loven.
Van Hem, de ene Heer,
gaf het verleden blijk,
het heden zingt zijn eer,
de toekomst is zijn rijk.
Zegen
Geven:
maak uw gift over op de rekening van de diaconie van een van beide kerken.
de Rank: NL 81 RABO 0157 6741 34
Goede Herderkerk: NL 70 RABO 0159 1200 20
God ontmoeten?
De Goede Herderkerk is geopend voor jou
voor Stilte, een Gebed of een Ontmoeting.
Iedere dinsdag van 10-12 uur
Iedere vrijdag van 14-16 uur.
Burg. v. Engelenweg 175 IJsselmuiden.