Kerkdienst 1 januari 2023
Liturgie zondag 1 januari 2023 10:00 uur.
Jaarwisselingsdienst
Voorganger: Ds Johannes van Beveren
Deze dienst wordt live uitgezonden via Youtube en de kerkradio.
Ga naar NGKV op youtube Ga naar de kerkradioEredienst 10.00 nieuwjaarsmorgen:
Welkom en afkondigingen
zingen: Sela – votum
Votum
Onze hulp en onze verwachting
is van God, onze Heer.
Hij die alles maakte,
laat niet los wat Hij begon.
Groet
Genade en vrede
van God, de Vader;
door Jezus, zijn Zoon, Immanuël.
Hij woont met zijn Geest in ons.
Halleluja, halleluja, amen!
Zingen psalm 1: 1, 2 (berijming GK)
1. Welzalig wie niet volgt der bozen raad,
niet op de weg der goddelozen staat,
wie ook niet zit waar spotters samenscholen,
maar wandelt op de weg door God bevolen,
wie ‘s HEREN wet zijn grote vreugde acht,
haar dankbaar overdenkt bij dag en nacht.
2. Hij is gelijk een altijd groene boom,
die men geplant heeft aan een waterstroom,
die op zijn tijd zijn rijke vrucht zal dragen,
geen blad verwelkt in hete zomerdagen.
De HERE zegent hem met overvloed,
zijn voorspoed blijkt in alles wat hij doet.
bidden
Lezen Haggai 1: 1-8
1 In het tweede regeringsjaar van koning Darius, op de eerste dag van de zesde maand, richtte de HEER zich bij monde van de profeet Haggai tot Zerubbabel, zoon van Sealtiël en gouverneur van Juda, en tot Jozua, zoon van Josadak en hogepriester:
2 ‘Dit zegt de HEER van de hemelse machten: Dit volk beweert dat de tijd nog niet gekomen is om de tempel van de HEER weer op te bouwen.
3 Maar,’ zo sprak de HEER bij monde van de profeet Haggai,
4 ‘is de tijd dan wel gekomen om zelf in mooi afgewerkte huizen te wonen? En dat terwijl mijn huis nog een ruïne is!
5 Nu dan – dit zegt de HEER van de hemelse machten: Bezin je op de weg die jullie zijn ingeslagen!
6 Jullie hebben veel gezaaid maar weinig geoogst; jullie eten maar raken nooit verzadigd, jullie drinken maar nooit is het genoeg, jullie kleden je maar krijgen het nooit warm; de dagloner krijgt zijn geld maar het verdwijnt in een beurs vol gaten.
7 Dit zegt de HEER van de hemelse machten: Bezin je op de weg die jullie zijn ingeslagen!
8 Ga naar de bergen, haal daar hout en bouw mijn huis weer op. Met vreugde zal Ik het aanvaarden en er mijn luister tonen – zegt de HEER.
Lezen: Haggai 2: 1-9
1 op de eenentwintigste dag van de zevende maand, sprak de HEER opnieuw bij monde van de profeet Haggai. Hij droeg hem op:
2 ‘Zeg tegen Zerubbabel, zoon van Sealtiël en gouverneur van Juda, en tegen Jozua, zoon van Josadak en hogepriester, en tegen wie er van het volk nog over zijn:
3 “Wie van jullie heeft deze tempel nog in zijn vroegere luister gezien? En hoe ziet hij er nu uit? Jullie denken zeker dat het niets meer kan worden!”
4 Maar houd vol, Zerubbabel – spreekt de HEER –, houd vol, Jozua, zoon van Josadak en hogepriester; jullie allen, bewoners van dit land, houd vol! – spreekt de HEER. Werk door, Ik ben bij jullie – spreekt de HEER van de hemelse machten.
5 Dat heb Ik jullie beloofd toen jullie wegtrokken uit Egypte; mijn geest zal steeds in jullie midden zijn, wees dus niet bang.
6 Want dit zegt de HEER van de hemelse machten: Nog een korte tijd, een ogenblik slechts, en Ik zal de hemel en de aarde, de zee en het land doen beven.
7 Alle volken breng Ik in beroering, hun schatten zullen Mij toevallen en mijn huis zal Ik vullen met pracht en rijkdom – zegt de HEER van de hemelse machten.
8 Het zilver is voor Mij en het goud is voor Mij – spreekt de HEER van de hemelse machten.
9 De luister van deze tempel zal groot zijn, nog groter dan voorheen – zegt de HEER van de hemelse machten –, en van hieruit zal Ik vrede en voorspoed geven – spreekt de HEER van de hemelse machten.’
Lezen Handelingen 4: 5-12
5 De volgende dag kwamen de leiders, de oudsten en de schriftgeleerden bijeen in Jeruzalem,
6 samen met Annas, de hogepriester, Kajafas, Johannes en Alexander, en alle anderen die tot de hogepriesterlijke familie behoorden.
7 Ze lieten Petrus en Johannes voorkomen en begonnen het verhoor met de vraag: ‘Door welke kracht of in wiens naam hebt u die daad verricht?’
8 Petrus antwoordde, vervuld van de heilige Geest: ‘Leiders van het volk en oudsten,
9 nu wij vandaag worden verhoord naar aanleiding van een weldaad, bewezen aan een zieke, en nu ons wordt gevraagd hoe het komt dat hij is genezen,
10 dient u allen en het hele volk van Israël te weten dat deze man hier gezond voor u staat dankzij de naam van Jezus Christus van Nazaret, die door u gekruisigd is, maar die door God uit de dood is opgewekt.
11 Jezus is de steen die door u, de bouwlieden, is verworpen, maar die nu de hoeksteen geworden is.
12 Door niemand anders kunnen wij worden gered, want zijn naam is de enige onder de hemel die de mens redding biedt.’
Zingen: opw 770 hoe wonderlijk mooi
Hoe wonderlijk mooi is uw eeuwige Naam.
Verborgen aanwezig deelt U mijn bestaan.
Waar ik ben, bent U: wat een kostbaar geheim.
Uw naam is ‘Ik ben’ en ‘Ik zal er zijn’.
Een boog in de wolken als teken van trouw,
staat boven mijn leven, zegt: Ik ben bij jou!
In tijden van vreugde, maar ook van verdriet,
ben ik bij U veilig, U die mij ziet.
De toekomst is zeker, ja eindeloos goed.
Als ik eens moet sterven, als ik U ontmoet:
dan droogt U mijn tranen, U noemt zelfs mijn naam.
U blijft bij mij Jezus, laat mij niet gaan.
‘Ik ben die Ik ben’ is uw eeuwige naam.
Onnoembaar aanwezig deelt U mijn bestaan.
Hoe adembenemend, ontroerend dichtbij:
uw naam is ‘Ik ben’, en ‘Ik zal er zijn’.
O Naam aller namen, aan U alle eer.
Niets kan mij ooit scheiden van Jezus mijn Heer:
Geen dood en geen leven, geen moeite of pijn.
Ik zal eeuwig zingen, dicht bij U zijn.
kindmoment en kinderlied
verkondiging
Zingen: psalm 144: 1, 2, 5, 6 (berijming LB)
1. Gezegend zij de Heer, die t’ allen tijde
mijn toevlucht is, mijn hand leert hoe te strijden,
die voor ‘t gevecht mijn vingers vaardig maakt !
Hij is mijn burcht, die van de bergen waakt.
Gezegend Hij, de redder van mijn leven,
schild dat mij dekt, mijn vesting hoogverheven.
Gezegend zij de Heer, die mij behoedt
en die de volken brengt onder mijn voet.
2. Wat is de mens, o Heer ? Hoe hebt Gij reden
aan mensenkindren aandacht te besteden,
voor hen te zorgen, vriendelijk en mild ?
Wat is de mens, dat Gij hem kennen wilt ?
Een damp die uit de bodem komt gerezen
en voor de zon verdwijnt, zo is zijn wezen;
zo vluchtig als zijn adem is zijn tijd,
zijn leven als een schaduw die verglijdt.
5. Maak onze zonen, Heer, als jonge loten,
als bomen in hun jeugd hoog opgeschoten,
laat onze dochters ranke zuilen zijn
van een paleis dat blinkt in zonneschijn.
Geef dat op onze pleinen niemand klage,
behoed de kudden, doe de rundren dragen,
verduizendvoudig ‘t vee, in veld en wei,
vul onze schuur – maak ons van zorgen vrij.
6. Gelukkig is het volk dat t’ allen tijde
staat maken mag, o Heer, op uw geleide.
Gelukkig ‘t volk, waaraan Gij welvaart geeft,
het volk dat U, o God, tot Koning heeft !
Zingen: GK 185 Heer, wij loven en aanbidden u
1. HEER, wij loven en aanbidden U,
dank U, eeuwige Vader.
De engelen worden
niet moe om te zingen:
Heilig, heilig, heilig bent U, HEER
van de hemelse legers.
Ja, aarde en hemel
zijn vol van uw grootheid.
2. Hoor, profeten en apostelen
eren U in de hemel.
En martelaars zingen
het lied van verlossing.
Heel de kerk daarboven zingt U toe
met de kerk hier beneden,
U, Vader en Zoon en
de heilige Trooster.
3. Christus, U die onze koning bent,
eeuwig zoon van de Vader,
geboren bevrijder
die zoon van een maagd was,
dood en zonde hebt U weggedaan
en de hemel ging open.
U troont naast de Vader
en komt met uw oordeel.
4. Christus, onze HEER, wij loven U,
door uw bloed zijn wij heilig.
Bewaar ons voor altijd,
uw eigen gemeente.
Alle eer en glorie komt U toe
tot in lengte van dagen.
Wil nooit ons beschamen,
ontferm U, HEER. Amen.
bidden
zingen: opw 710 Zegen mij
Zegen mij op de weg die ik moet gaan.
Zegen mij op de plek waar ik zal staan.
Zegen mij in alles, wat U van mij verlangt.
O God, zegen mij alle dagen lang!
Vader, maak mij tot een zegen;
ga mij niet voorbij.
Regen op mij met uw Geest, Heer,
Jezus, kom tot mij
als de Bron van leven,
die ontspringt, diep in mij.
Breng een stroom van zegen,
waarin U zelf steeds mooier wordt voor mij.
Zegen ons waar we in geloof voor leven.
Zegen ons waar we hoop en liefde geven.
Zegen om de ander tot zegen te zijn.
O God, zegen ons tot in eeuwigheid!
Vader, maak ons tot een zegen;
hier in de woestijn.
Wachtend op uw milde regen,
om zelf een bron te zijn.
Met een hart vol vrede,
zijn wij zegenend nabij.
Van uw liefde delend,
waarin wij zelf tot bron van zegen zijn.
geven
belijden: GK 177 Heer u bent mijn leven
1. Heer, U bent mijn leven, de grond waarop ik sta.
Heer, U bent mijn weg, de waarheid die mij leidt.
uw woord is het pad, de weg waar op ik ga,
zolang U mij adem geeft, zolang als ik besta.
Ik zal niet meer vrezen, want U bent bij mij.
Heer, ik bid U, blijf mij nabij.
2. ‘k Geloof in U, Heer Jezus, geboren uit de maagd,
eeuw’ge Zoon van God, die mens werd zoals wij.
U die stierf uit liefde, leeft nu onder ons:
één met God de Vader en verenigd met uw volk.
Tot de dag gekomen is van uw wederkomst,
dan brengt U ons thuis in Gods rijk.
3. Heer, U bent mijn kracht, de rots waarop ik bouw.
Heer, U bent mijn waarheid, de vrede van mijn hart.
En niets in dit leven zal ons scheiden, Heer.
Zo weet ik mij veilig, want uw hand laat mij nooit los.
Van wat ik misdaan heb, heeft U mij bevrijd,
en in uw vergeving leef ik nu.
4. Vader van het leven, ik geloof in U.
Jezus, de Verlosser, wij hopen steeds op U.
Kom hier in ons midden, Geest van liefd’ en kracht.
U die via duizend wegen ons hier samen bracht;
en op duizend wegen zendt U ons weer uit,
om het zaad te zijn van Gods rijk.
zegen en amen (gezongen)
Geven:
maak uw gift over op de rekening van de diaconie van een van beide kerken.
de Rank: NL 81 RABO 0157 6741 34
Goede Herderkerk: NL 70 RABO 0159 1200 20