Kerkdienst 24 september
Liturgie zondag 24 september 2023 9:30 uur.
Voorganger: Ds Sj. Maliepaard
Deze dienst wordt live uitgezonden via Youtube en de kerkradio.
Ga naar NGKV op youtube Ga naar de kerkradioLiturgie
Aanvangslied: Ps. 136:1,3,8,12,13 (LvdK)
1. Looft den Heer, want Hij is goed,
trouw in alles wat Hij doet.
Want zijn goedertierenheid
zal bestaan in eeuwigheid.
3. Looft Hem die de hemel schiep,
zijn verstand is grondloos diep.
Hij bereidde zee en land.
Eeuwig houdt zijn liefde stand.
8. Israël geleidde Hij
veilig door de woestenij.
Hij wijst ons het rechte spoor.
Trouw is Hij de eeuwen door.
12. Looft den Heer, die al wat leeft
dagelijks zijn spijze geeft,
die ons laaft en die ons voedt.
Eeuwig is Hij trouw en goed.
13. Aan den God des hemels zij
eer en dank en heerschappij,
want zijn goedertierenheid
zal bestaan in eeuwigheid.
Stil gebed
Votum en groet
Ps. 86:2,4 (LvdK)
2. Ja tot U hef ik mijn leven,
Gij zijt mild om te vergeven,
rijk in goedertierenheid
voor een hart dat tot U schreit.
Heer, neem mijn gebed ter ore,
wil mijn luide smeken horen.
In het bitterste getij
roep ik en Gij antwoordt mij.
4. Leer mij naar uw wil te handlen,
laat mij in uw waarheid wandlen.
Voeg geheel mijn hart tezaam
tot de vrees van uwen naam.
Heer mijn God, ik zal U loven,
heffen ‘t ganse hart naar boven.
Ja, uw naam en majesteit
loof ik tot in eeuwigheid.
Genade zo oneindig groot, Elb 203, Op Toonhoogte 182
1. Genade, zo oneindig groot,
dat ik, die’t niet verdien,
het leven vond, want ik was dood
en blind, maar nu kan ’k zien.
2. Genade, die mij heeft geleerd
te vrezen voor het kwaad.
Maar ook, als ik mij tot Hem keer,
dat God mij nooit verlaat.
3. Want Jezus droeg mijn zondelast
en tranen aan het kruis.
Hij houdt mij door genade vast
en brengt mij veilig thuis.
4. Als ik daar in zijn heerlijkheid
mag stralen als de zon,
dan prijs ik Hem in eeuwigheid
dat ik genade vond.
Gebed ter verootmoediging en om de doorwerking van de H.Geest
Kindermoment
Schriftlezing: Leviticus23:34-43, Zach. 14:16-19, Joh. 7:31-44
33 De HEER zei tegen Mozes:
34 ‘Zeg tegen de Israëlieten: “Op de vijftiende dag van de zevende maand begint ter ere van de HEER het Loofhuttenfeest, dat zeven dagen duurt.
35 De eerste dag moet je als heilige dag samen vieren; je mag dan niet werken.
36 Elk van de zeven dagen moeten jullie de HEER een offergave aanbieden. De achtste dag moet je opnieuw als heilige dag samen vieren, en ook dan moeten jullie een offergave aanbieden aan de HEER. Er zal dan een feestelijke samenkomst zijn en er mag niet gewerkt worden.
37 Dit zijn de hoogtijdagen van de HEER, die je als heilige dag samen moet vieren en waarop jullie de HEER een offergave moeten aanbieden, brandoffers, graanoffers, vredeoffers en wijnoffers, al naargelang voor een bepaalde dag is voorgeschreven.
38 Deze offers vallen buiten wat jullie de HEER elke sabbat geven en buiten je wijgeschenken, gelofteoffers en vrijwillige gaven.
39 Neem dit in acht: Op de vijftiende dag van de zevende maand, wanneer je de oogst van het land hebt gehaald, begint het feest van de HEER, dat zeven dagen duurt. De eerste dag en de achtste dag moeten voor jullie rustdagen zijn.
40 De eerste dag moeten jullie mooie vruchten plukken en takken afsnijden van dadelpalmen, loofbomen en beekwilgen. Zeven dagen lang moeten jullie feestvieren ten overstaan van de HEER, jullie God.
41 Elk jaar moet dit feest ter ere van de HEER zeven dagen lang gevierd worden. Dit voorschrift geldt voor altijd, generatie na generatie. Vier dit feest in de zevende maand.
42 Zeven dagen lang moeten jullie in hutten wonen, elke geboren Israëliet moet in een loofhut wonen,
43 om jullie kinderen eraan te herinneren dat Ik de Israëlieten in hutten liet wonen toen Ik hen uit Egypte wegleidde. Ik ben de HEER, jullie God.”’
Schriftlezing: Zach. 14:16-19
16 De overlevenden van de volken die Jeruzalem hebben belaagd, zullen dan jaarlijks naar de stad komen om de HEER van de hemelse machten als koning te vereren en het Loofhuttenfeest te vieren.
17 En is er op aarde een volk dat niet naar Jeruzalem komt om de HEER van de hemelse machten als koning te vereren, dan zal er in dat land geen regen vallen.
18 Ook Egypte zal, wanneer zijn volk niet naar Jeruzalem komt, stellig worden getroffen door deze plaag, waarmee de HEER de volken straft die het Loofhuttenfeest niet komen vieren.
19 Dat zal de straf zijn voor Egypte en de andere volken die niet deelnemen aan het Loofhuttenfeest.
Schriftlezing: Joh. 7:31-44
31 Onder het volk waren er velen in Hem gaan geloven, ‘want,’ zeiden ze, ‘wanneer de messias komt, zal die niet meer tekenen verrichten dan Hij heeft gedaan.’
32 Toen de farizeeën hoorden hoe er door de mensen over Hem gesproken werd, stuurden zij en de hogepriesters dienaren om Hem te arresteren.
33 Jezus zei: ‘Ik zal nog een korte tijd bij u zijn, dan ga Ik naar Hem die Mij gezonden heeft.
34 U zult Me zoeken maar Me niet vinden; u zult niet kunnen komen waar Ik ben.’
35 Toen zeiden de Joden tegen elkaar: ‘Waar gaat Hij dan naartoe, dat wij Hem niet kunnen vinden? Hij zal toch niet naar de Griekse diaspora gaan om de Grieken onderricht te geven?
36 Wat bedoelt Hij dan als Hij zegt: “U zult Me zoeken maar Me niet vinden; u zult niet kunnen komen waar Ik ben”?’
37 Op de laatste dag, het hoogtepunt van het feest, stond Jezus in de tempel, en Hij riep: ‘Laat wie dorst heeft bij Mij komen en drinken!
38 “Rivieren van levend water zullen stromen uit het hart van wie in Mij gelooft,” zo zegt de Schrift.’
39 Hiermee doelde Hij op de Geest die zij die in Hem geloofden zouden ontvangen; de Geest was er namelijk nog niet, want Jezus was nog niet tot Gods majesteit verheven.
40 Toen de mensen in de menigte dit hoorden, zeiden ze: ‘Dit moet wel de profeet zijn.’
41 Anderen beweerden: ‘Het is de messias,’ maar er werd ook gezegd: ‘De messias komt toch niet uit Galilea?
42 De Schrift zegt toch dat de messias uit het nageslacht van David komt en uit Betlehem, waar David woonde?’
43 Zo ontstond er verdeeldheid in de menigte, 44en sommigen wilden Hem grijpen, maar niemand deed Hem iets.
Ps.118:1,9 (LvdK)
1. Laat ieder ‘s Heeren goedheid prijzen,
zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Laat, Israël, uw lofzang rijzen:
Zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Dit zij het lied der priesterkoren:
Zijn liefde duurt in eeuwigheid.
Gij, die den Heer vreest, laat het horen:
Zijn liefde duurt in eeuwigheid.
9. Dit is de dag, die God deed rijzen,
juicht nu met ons en weest verblijd.
O God, geef thans uw gunstbewijzen,
geef thans het heil door ons verbeid.
Gezegend zij de grote koning
die tot ons komt in ‘s Heeren naam.
Wij zeegnen u uit ‘s Heeren woning,
wij zegenen u al tezaam.
Preek tekst: Lev. 23:43c: Ik ben de HEERE, uw God
Gez. 304 (LvdK)
1. God is getrouw, zijn plannen falen niet,
Hij kiest de zijnen uit, Hij roept die allen.
Die ‘t heden kent, de toekomst overziet,
laat van zijn woorden geen ter aarde vallen;
en ‘t werk der eeuwen, dat zijn Geest omspant,
volvoert zijn hand.
2. De Heer regeert! Zijn koninkrijk staat vast,
zijn heerschappij omvat de loop der tijden;
een sterke hand, die nooit heeft misgetast,
blijft met het heilig zwaard des Geestes strijden;
de adem zijner lippen overmant
de tegenstand.
3. De Heil’ge Geest, die haar de toekomst spelt,
doet aan Gods kerk zijn heilgeheimen weten;
Hij, die haar leidt en in de waarheid stelt,
heeft zijn bestek met wijsheid uitgemeten;
Hij trekt met heel zijn kerk van land tot land
als Gods gezant.
Dankgebeden en voorbeden
Collecten
Slotlied, GK177 Heer U bent mijn leven, vers 1,2,4
1. Heer, U bent mijn leven, de grond waarop ik sta.
Heer, U bent mijn weg, de waarheid die mij leidt.
uw woord is het pad, de weg waar op ik ga,
zolang U mij adem geeft, zolang als ik besta.
Ik zal niet meer vrezen, want U bent bij mij.
Heer, ik bid U, blijf mij nabij.
2. ‘k Geloof in U, Heer Jezus, geboren uit de maagd,
eeuw’ge Zoon van God, die mens werd zoals wij.
U die stierf uit liefde, leeft nu onder ons:
één met God de Vader en verenigd met uw volk.
Tot de dag gekomen is van uw wederkomst,
dan brengt U ons thuis in Gods rijk.
4. Vader van het leven, ik geloof in U.
Jezus, de Verlosser, wij hopen steeds op U.
Kom hier in ons midden, Geest van liefd’ en kracht.
U die via duizend wegen ons hier samen bracht;
en op duizend wegen zendt U ons weer uit,
om het zaad te zijn van Gods rijk.
Zegen
Amenlied Gez. 456:3
3. Amen, amen, amen!
Dat wij niet beschamen
Jezus Christus onze Heer,
amen, God, uw naam ter eer!
Geven:
maak uw gift over op de rekening van de diaconie van een van beide kerken.
de Rank: NL 81 RABO 0157 6741 34
Goede Herderkerk: NL 70 RABO 0159 1200 20