Kerkdienst 27 augustus 2023
Liturgie zondag 27 augustus 2023 9:30 uur.
Voorganger: Ds Johannes van Beveren
Deze dienst wordt live uitgezonden via Youtube en de kerkradio.
Ga naar NGKV op youtube Ga naar de kerkradioLiturgie 27-8-2023 IJsselmuiden
Welkom en afkondigingen
voorzang psalm 96: 1, 3 (ber LB)
1. Zingt voor den Heer op nieuwe wijze,
zing aarde, zing zijn naam ten prijze,
boodschap zijn heil van dag tot dag,
wek bij de volken diep ontzag
voor ‘t wonder van zijn gunstbewijzen.
3. Geeft aan den Heer, alle geslachten,
geeft aan den Heere lof en krachten.
Gij volken, roemt zijn grote naam,
komt in zijn heiligdom tezaam,
looft Hem, den Heer der hemelmachten.
Stil gebed en votum (gez)
Vredegroet en amen (gez)
zingen Opw 328 Heer, ontferm u over ons
Heer, ontferm U over ons.
Kom en heel ons land.
Reinig met uw vuur.
Raak ons nu aan.
Wij buigen neer en
roepen tot U, Heer.
O, Heer ontferm U over ons. (3x)
bidden
lezen Ezra 7: 1-10 en 10: 1-14
Ezra vertrekt naar Jeruzalem
1-6Later, tijdens de regering van Artaxerxes, de koning van Perzië, vertrok een zekere Ezra uit Babylonië. Hij was de zoon van Seraja, de zoon van Azarja, de zoon van Chilkia, de zoon van Sallum, de zoon van Sadok, de zoon van Achitub, de zoon van Amarja, de zoon van Azarja, de zoon van Merajot, de zoon van Zerachja, de zoon van Uzzi, de zoon van Bukki, de zoon van Abisua, de zoon van Pinechas, de zoon van Eleazar, de zoon van Aäron, de eerste priester. Deze Ezra was een schrijver, goed onderlegd in de wet van Mozes, de wet die de HEER, de God van Israël, heeft gegeven, en hij werd door de HEER, zijn God, beschermd, waardoor de koning hem alles toestond wat hij verlangde.
7 Een aantal priesters, Levieten, tempelzangers, poortwachters, tempelknechten en andere Israëlieten reisde met hem mee naar Jeruzalem. Het was in het zevende regeringsjaar van koning Artaxerxes,
8 en ze kwamen aan in de vijfde maand van dat jaar.
9 Ezra was volgens plan uit Babylonië vertrokken op de eerste dag van de eerste maand, en op de eerste dag van de vijfde maand kwam hij in Jeruzalem aan, want God bood hem onderweg bescherming.
10 Hij was er namelijk met heel zijn hart op gericht de wet van de HEER te onderzoeken, die na te leven, en de Israëlieten te leren wat hun wetten en regels zijn.
lezen Ezra 10: 1-14
Uitheemse vrouwen met hun kinderen weggestuurd
1 En terwijl Ezra bad en schuld beleed en zich wenend neerwierp voor Gods tempel, kwam er een zeer grote menigte Israëlitische mannen en vrouwen en kinderen om hem heen staan. Zij huilden bitter.
2 Toen nam Sechanja, de zoon van Jechiël, een van de zonen van Elam, het woord. Hij zei tegen Ezra: ‘Wij zijn onze God ontrouw geweest, wij zijn getrouwd met uitheemse vrouwen, afkomstig uit de bevolking van het land. En toch, ondanks dat, is er hoop voor Israël.
3 Laat ons daarom ten overstaan van onze God de verplichting aangaan dat wij al die vrouwen en alle kinderen die zij hebben gebaard wegsturen, zoals u, heer, ons dat aanraadt, en op aanraden van hen die ontzag hebben voor de geboden van onze God, opdat de wet wordt nageleefd.
4 Sta op, Ezra, het is aan u dit af te handelen. Wij staan achter u. Treed krachtig op!’
5 Ezra stond op om de leiders van de Levitische priesters en heel Israël te laten zweren dat ze zouden doen waartoe Sechanja opriep, en dat zwoeren ze.
6 Ezra ging weg bij Gods tempel en trok zich terug in het vertrek van Jochanan, de zoon van Eljasib. Hij at geen brood en dronk geen water, want hij rouwde om de ontrouw van de teruggekeerde ballingen.
7 Men liet een oproep uitgaan naar alle teruggekeerde ballingen in Juda en Jeruzalem om zich in Jeruzalem te verzamelen. 8 Op voorstel van de leiders en de oudsten zou iedereen die niet binnen drie dagen verscheen uitgesloten worden van de gemeenschap van de ballingen, en zouden zijn goederen verbeurdverklaard worden.
9 Binnen drie dagen verzamelden alle mannen van Juda en Benjamin zich dan ook in Jeruzalem, en heel het volk ging op het plein voor de tempel van God zitten; ze rilden van angst voor wat er zou gebeuren, en vanwege de stortbuien. Het was de twintigste dag van de negende maand.
10 Ezra, de priester, stond op en zei: ‘U bent ontrouw geweest, u bent met uitheemse vrouwen getrouwd en daardoor hebt u de schuld van Israël vergroot.
11 Leg daarom een bekentenis af voor de HEER, de God van uw voorouders, en doe wat Hij van u vraagt: houd u afzijdig van de bevolking van het land en van uitheemse vrouwen.’
12 De hele gemeenschap antwoordde luid: ‘We zullen doen wat u ons gezegd hebt.
13 Maar wij, het volk, wij zijn met velen, en het is regentijd. We kunnen niet lang buiten blijven staan; in één of twee dagen hebben we deze zaak niet afgehandeld, want we hebben op grote schaal gezondigd.
14 Laten onze leiders daarom namens de hele gemeenschap optreden, en laat iedereen die in een van onze steden met een uitheemse vrouw is getrouwd op een vastgestelde tijd hierheen komen, samen met de oudsten en de rechters van die stad, zodat we de brandende toorn van onze God hierover van ons kunnen afwenden.’
zingen psalm 141: 1, 2, 4 DNP
1. HEER, ik hef naar U beide handen
en roep U om mij bij te staan.
Neem mijn gebed als offer aan,
als wierook die voor U mag branden.
2. HEER, bewaak mijn mond, laat mij weten
wanneer het wijs is dat ik zwijg.
Geef dat ik niet naar onrecht neig,
met slechte mensen niet zal eten.
4. Bijna dood, verspreid en verdreven
ligt heel uw volk al voor het graf.
Mijn oog wend ik niet van U af;
ik schuil bij U, houd mij in leven!
preek
zingen Sela – Toekomst vol van hoop
In de nacht van strijd en zorgen
kijken wij naar U omhoog,
biddend om een nieuwe morgen,
om een toekomst vol van hoop.
Ook al zijn er duizend vragen,
al begrijpen wij U niet,
U blijft ons met liefde dragen,
U die alles overziet.
U geeft een toekomst vol van hoop;
dat heeft U aan ons beloofd.
Niemand anders, U alleen,
leidt ons door dit leven heen.
U heeft ons geluk voor ogen.
Jezus heeft het ons gebracht.
Mens, als wij, voor ons gebroken
in de allerzwartste nacht.
U bent God, de Allerhoogste,
God van onbegrensde macht.
Wij geloven en wij hopen
op het einde van de nacht.
bidden
zingen: Jezus is (Marcel en Lydia)
belijdenis (van Nicea)
zingen psalm 8: 1, 3, 6 (ber GK)
1. HEER, onze Heer, hoe heerlijk en verheven
hebt Gij uw naam op aarde uitgeschreven –
machtige God, Gij die uw majesteit
ten hemel over ons hebt uitgebreid.
3. Aanschouw ik ‘s nachts het kunstwerk van uw handen,
de maan, de duizend sterren die daar branden,
wat is de mens, dat Gij aan hem gedenkt,
het mensenkind, dat Gij hem aandacht schenkt?
6. HEER, onze Heer, hoe heerlijk en verheven
hebt Gij uw naam op aarde uitgeschreven.
Heer, onze God, hoe vol van majesteit
hebt Gij uw naam op aarde uitgebreid.
zegen en amen (gez)
Geven:
maak uw gift over op de rekening van de diaconie van een van beide kerken.
de Rank: NL 81 RABO 0157 6741 34
Goede Herderkerk: NL 70 RABO 0159 1200 20